Read Time:2 Minute, 21 Second

Het is een druilerige donderdagmiddag als ik hem spot, een blauw plastic kattenhoofd. Hij staat in de lampenafdeling van het tweedehandswinkeltje waar ik doorheen aan het strompelen ben. De kat in kwestie is felblauw met een roze neus en aan de zijkant zit een knopje, als je daar op drukt geeft de kat licht. Het is een typisch kinderding, maar toch trekt hij mijn aandacht. Ik stop hem in mijn mandje en wandel verder, bijna bij de kassa aangekomen, stop ik en staar naar de plastic, lichtgevende kat die ik mee naar huis wil nemen. Wat moet ik hier eigenlijk mee? Mijn kamer staat al vol met frutsels en snuisterijen. 

Ik staar naar de kat en hij staart terug, dan gebeurt het, ik geef hem een gevoel. Zijn ogen lijken bijna smekend en mijn gedachten dwalen weer af. Hoe deze kat waarschijnlijk al jaren in deze winkel staat, hoe hij telkens hoopt om gekocht te worden, hoe bij elke keer dat hij opgepakt en weer neergezet wordt, hij een stukje van die hoop verliest. Hoe hij zich nu, eindelijk in iemands mandje, zit af te vragen waar hij zo heen gaat. Als ik hem nu terugzet dan vind ik dat zielig, dan breek ik zijn hart en dat is dan mijn schuld.  

Ik weet natuurlijk ook wel dat dit niet waar is, dat deze plastic lamp geen gevoelens heeft en dat het niet de emoties voelt die ik hem toebedeel. Dit is gewoon wat ik doe, de spullen een gevoel geven. Alles moet voelen, denken, hopen en willen. Dit zal wel te maken hebben met het onvermogen van de mens om te begrijpen dat niet alles zo is als hemzelf. Dit is ook niet de eerste keer, ik denk terug aan de ontroostbare vierjarige ik die per ongeluk een schoentje uit het raam van de auto had laten vallen. De gedachte van die schoen, eenzaam en alleen in de regen, overreden, zonder zijn wederhelft was voor mij te veel. Mijn vader is nog teruggefietst om de schoen te zoeken, hoewel ik mij naarmate ik ouder werd besefte dat hij waarschijnlijk alleen een blokje om is gegaan. Ik denk aan de knuffelhond die ik in de speeltuin was vergeten en pas dagen later bij toeval terugvond, waarna ik mij zo schuldig voelde dat ik besloot dat de hond nu mijn favoriete knuffel was. Die hond ligt nog steeds bij mij in bed.  Naarmate ik ouder werd verdween dit gevoel beetje bij beetje, ik huil niet meer om spullen die kwijt zijn en koop niet elk rommeltje dat mijn aandacht trekt. 

De blauwe kat staart me weer aan, dit keer staat hij op mijn nachtkastje. Ik kon het niet laten. Ik klik op zijn knopje en het licht gaat uit, ik kan rustig slapen. 

Happy
Happy
0 %
Sad
Sad
0 %
Excited
Excited
0 %
Sleepy
Sleepy
0 %
Angry
Angry
0 %
Surprise
Surprise
0 %

Average Rating

5 Star
0%
4 Star
0%
3 Star
0%
2 Star
0%
1 Star
0%

Geef een reactie

Previous post Bestuursblog #74
Next post A love letter to spring
Gastschrijver worden?

KLASsepost is altijd op zoek naar gastschrijvers die hun persoonlijke, maatschappelijke, ideologische of grappige verhalen met het LAS-publiek willen delen. Dus heb jij nog een tekst, gedicht, fotoserie of shortfilm liggen die je eindelijk durft te delen? Of begint de inspiratie te borrelen om nieuwe dingen te gaan creeëren? Meld je dan nu aan als gastschrijver!