Vorige week was er weer een G7-top, dit keer in Hiroshima. Op zo’n top praat de G7 – Canada, Duitsland, Frankrijk, Italië, Japan, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, samen met de Europese Unie en eventueel uitgenodigde gastlanden over grote economische en maatschappelijke kwesties. Afgelopen week ging het vooral over de oorlog tussen Rusland en Oekraïne. De G7 had de Oekraïense president Zelensky uitgenodigd, net als Australië, Zuid-Korea, Vietnam, Indonesië, de Comoren, de Cookeilanden en India. Ook de Braziliaanse president Lula was van de partij. De keuze voor het uitnodigen van de Westerse landen (Australië, Zuid-Korea, in zekere zin ook de Comoren en de Cookeilanden) is goed te begrijpen. Het Westen wil graag één blok vormen in de wereld, zowel op economisch gebied als op het gebied van macht. Waarom zijn dan die andere landen uitgenodigd?
India, Vietnam en Brazilië hebben allen de oorlog niet keihard veroordeeld, of Rusland nooit als enige oorzaak voor de oorlog aangewezen. Deze landen hebben ook veel economisch belang bij het behouden van een goede relatie met Rusland, omdat een heel groot percentage van hun buitenlandse handel met dat land gedreven wordt. Met name India en Brazilië ondervinden dit belang, omdat zij, net als Rusland, lid zijn van de BRICS: een samenwerkingsverband van hoogstaande ontwikkelingslanden, Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika (South Africa). De BRICS hadden als doel niet meer afhankelijk te zijn van het Westen voor hun welvaart en ontwikkeling. Dat doel is voor het grootste deel gehaald; de BRICS spelen mee op wereldniveau als concurrenten van het Westen. Een voordeel dat de BRICS hebben ten opzichte van het Westen is dat landen die niet veel lof hebben voor de VS en andere Westerse landen, kijkend naar hun verhoudingen in de geschiedenis, opeens een samenwerkingsverband hebben waar ze niet hoeven te voldoen aan Westerse voorwaarden. Zo is ook Saudi-Arabië geïnteresseerd om onderdeel te worden van de BRICS. En dat zou grote gevolgen kunnen hebben voor de internationale machtsverhoudingen. Want er zijn nu al gesprekken bezig om olie uit Saudi-Arabië te gaan verhandelen in de Chinese Yuan. Ook is Brazilië bezig om met andere Zuid-Amerikaanse landen en met steun van de BRICS een gezamenlijke valuta te creëren.
De VS en daarmee het Westen willen niet dat deze dingen doorgaan. Als olie niet langer verhandeld wordt met de Amerikaanse dollar en als Zuid-Amerikaanse landen stoppen met het gebruik van de Amerikaanse dollar, dan valt de economische stabiliteit van de VS, die geheel is gebaseerd op het internationale gebruik van de dollar. Dit is dan ook waarom India en Brazilië waren uitgenodigd op de G7-top. Maar China mocht niet komen. Met één simpele reden: macht. Want waar de G7 graag met Brazilië onderhandelt om de positie van het Westen een beetje te kunnen verstevigen, ziet ze China als een dreiging voor haar macht. Brazilië heeft sinds het aantreden van Lula een flinke draai naar links gemaakt (Lula is een sociaaldemocraat van de meest linkse kant en een uitgesproken anti-imperialist). Hij heeft het imperialisme van Rusland veroordeeld, maar is niet bang om het Westen aan te spreken als mede verantwoordelijk voor het zo hoog oplopen van het conflict. In andere woorden: het Westen is niet de held van het verhaal. Daarnaast is Lula groot tegenstander van het sturen van wapens naar Oekraïne. Dit vult namelijk enkel de zakken van rijke zakenlui en leidt slechts tot het doormodderen van de oorlog, met nóg meer slachtoffers tot gevolg. Ondanks dat China deze filosofie deelt is dit niet de reden waarom de G7 zich afzet tegen het Aziatische land. De economische positie en daarmee haar positie op wereldtoneel wordt te groot. Dit is waarom de VS al een paar jaar bezig zijn om de situatie omtrent Taiwan hoog te doen oplopen. China heeft geen baat bij een oorlog met Taiwan om de simpele reden dat China Taiwan nodig heeft om haar maatschappij draaiende te houden: China mag (door druk van de VS) geen chipmachines van het Nederlandse bedrijf ASML meer krijgen. Taiwan, ook al wordt ze door de meeste Westerse landen niet als soevereine staat erkend, mag nog wel deze apparatuur ontvangen. Chinese bedrijven in Taiwan zijn dan nog de enige manier om chips te krijgen. Deze chips gebruikt China overal: in eigen elektronica, maar ook in wapens. En dat laatste is waar de VS op azen. Want als er een oorlog komt tussen het vasteland van China en Taiwan, zal dit het einde betekenen van de Chinese supermacht en het einde van de Chinese economie. Zo hopen de VS weer vooraan te lopen.
Brazilië heeft hier al haar afkeur over uitgesproken. Maar nog steeds probeert het Westen haar in zijn macht te krijgen. Het lijkt vooralsnog niet te werken. Maar linkse wereldleiders en de VS gaan nooit goed samen. Dus dit krijgt vast nog wel een staartje. Tot die tijd hoop ik vooral dat ze Brazilië met rust laten.
Door: Justin
Average Rating