Read Time:6 Minute, 18 Second

Na het stuk van Yashwanti deze ochtend over de basisschool, schrijft KLASseposts eigen Vera vanmiddag over de Universiteit. Hoe kan de universiteit ervoor zorgen dat studenten gaan bloeien? Lees het in dit artikel!

In het artikel wat vanochtend online is gekomen, vertelt Yashwanti over Sams ervaring op de basisschool; over hoe het systeem van binnen-de-lijntjes-kleuren en netjes-op-je-stoeltje zitten zijn wil om te leren deed wegsijpelen, totdat leren niet langer aanvoelde als een privilege, maar als een verplichting. Ik herken veel in de manier waarop Yashwanti over de basisschool schrijft. Ook ik heb me jarenlang geërgerd aan de eenzijdige verwachtingen in het onderwijs en de mal van de perfecte scholier. 

Mijn verwachtingen van de universiteit waren dan ook hoog gespannen: hier wordt wippen op je stoel niet meer zo zwaar opgenomen, hier dulden leraren meer tegenspraak dan hun collega’s in de kleuterklas. De universiteit is vrij, en ik verwachtte dat deze vrijheid zou leiden tot levendige discussies, tot gepassioneerde leraren en nog enthousiastere studenten. In de zomer voor mijn eerste jaar hoopte ik op de universiteit een plek te vinden waar leergierigheid zou bloeien en kennis zou worden gevierd.  

Maar, zoals vaker het geval, strookte mijn verwachting geenszins met de realiteit. Wat ik aantrof was een universitiet van lamgeslagen studenten die na een enkele dag leren blij zijn met een zes, leraren die meedraaien in de cultuur van doe-maar-niet-teveel-je-best en een pragmatische benadering van opdrachten, waarbij wetenschappelijke standaarden vrolijk links kunnen blijven liggen (denk bijvoorbeeld aan het veelgebruikte ‘bronnen zoeken na het schrijven’ en ander cherry-pick gedrag). Motivatie en oprechte interesse op de universiteit bleek, helaas, ver te zoeken. 

Toch geloof ik dat de meeste studenten wél daadwerkelijk geïnteresseerd zijn in de wereld om hen heen en alles wat daar gaande is. Ik merk het in de gesprekken die ik voer, of in de gesprekken die ik opvang: allemaal willen we iets goeds doen, allemaal denken we na. Toch lijkt het de universiteit vaak niet te lukken om deze interesse te laten bloeien. Hoe kan dit? Over deze vraag heb ik de afgelopen tijd veel nagedacht, en ik deel met jullie graag mijn voorlopige gedachtenspinsels. 

De ivoren toren 

Een eerste factor die bij kan dragen aan de desinteresse van studenten, komt voort uit een eeuwenoude kritiek op de wetenschappelijke wereld. Door de jaren heen is de universiteit meerdere malen een ‘ivoren toren’ genoemd, waarin prestigieuze wetenschappers zich bezig houden met ingewikkelde zaken die ver van de alledaagse realiteit af lijken te staan. En hoewel het de moderne universiteit tekort zou doen om te stellen dat zij zich buiten de samenleving plaatst, ligt er wél een interessant punt verscholen in het idee van de ivoren toren: wanneer onderwijs namelijk niet gekoppeld wordt aan het leven van alledag, blijft de stof ééndimensionaal en droog. 

Zelf merk ik dit in mijn hoofdrichting sociologie. In de collegezaal krijgen we slide na slide voorgeschoteld over oude sociologen die theorieën bedachten rondom sociale ongelijkheid. Na afronding van een cursus kan ik misschien met dure woorden aangeven waarom twee theorieën elkaar tegenspreken, maar weet ik nog steeds niet hoe ik ervoor kan zorgen dat mijn yuppen-straat meer contact krijgt met de  arbeiders-straat achter ons. De stof leeft niet, en blijft achter in de collegezaal.

Als ik met mijn medestudenten praat, merk ik dat deze verstoorde verbinding tussen de leerstof en de wereld breder ervaren wordt. Zonde. Want pas wanneer studenten actief de koppeling kunnen maken tussen de powerpointslides die we in het Ruppertgebouw te zien krijgen en de onderwerpen waar we over nadenken wanneer we thuiskomen, gaat het onderwijs leven. Pas dan ontstaat de kans dat de motivatie en de interesse van studenten écht geprikkeld wordt. 

Cijfers als motivatie

Mijn volgende idee is misschien niet een nieuw idee, maar is wel een idee wat het waard is om herhaald te worden: het moet eens klaar zijn met cijfers. 

Om dat te begrijpen is het eerst van belang om te kijken naar het verschil tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie. Waar intrinsieke motivatie namelijk voortkomt uit de natuurlijke nieuwsgierigheid en leergierigheid die los staat van beloningen of straffen, ontstaat extrinsieke motivatie door prikkels van buitenaf, zoals een cijfer of een salaris. Onderzoek laat zien dat mensen die handelen vanuit intrinsieke motivatie niet alleen beter presteren, maar ook nog eens gelukkiger en creatiever zijn. Ze bloeien, kortom, een stuk meer. 

Nu zou je kunnen denken: ‘ja, leuk, die intrinsieke motivatie, maar wat is er erg aan als we mensen óók een beetje extrinsiek motiveren, door ze een cijfer te geven?’ Mocht je dit nou denken, dan heb ik het volgende antwoord: extrinsieke motivatoren zoals cijfers verminderen de intrinsieke motivatie. Onderzoek na onderzoek laat zien dat leerlingen die een cijfer krijgen voor een les minder genieten en minder presteren dan leerlingen die dezelfde les zonder cijfermatige consequenties mogen volgen. Bovendien zorgt een cijfersysteem voor stress, faalangst en prestatiedruk; onderwerpen die de laatste maanden maar al te vaak in het nieuws zijn. 

Door leerlingen continu te becijferen en zo hun academische waardigheid te kwantificeren, laten universiteiten de intrinsieke motivatie van hun studenten doodbloeden. Zo creëren we collegezalen vol studenten die leren om een voldoende te halen, en niet om hun kennis en begrip van de wereld te vergroten. Zo ontstaan studenten die niet alleen faalangstig en gestresst zijn, maar die ook vergeten zijn dat ze leren ooit leuk hebben gevonden.

De weg vooruit

Alles welbeschouwd ziet de situatie er niet al te rooskleurig uit: we zien een universiteit waarop studenten niet alleen de relatie met de werkelijkheid kwijtraken, maar waarin ze ook worden lamgeslagen met cijfers en hun intrinsieke motivatie langzaam wegsijpelt. Hoe komen we hier weer uit? 

Allereerst is het belangrijk om te benoemen dat er al een hoop goede pogingen worden gedaan. Zo wordt op verschillende middelbare scholen geëxperimenteerd met ‘formatief toetsen, waarbij de focus verschuift van het cijfermatig beoordelen van een ‘eindproduct’ naar het coachen tijdens het leerproces. Ook binnen LAS zie ik vaak dat het curriculum met veel aandacht is vormgegeven. Zo poogt de interdisciplinaire leerlijn júíst de connectie te maken met de ‘echte wereld’, om zo uit de ivoren toren te stappen. 

Helaas merk ik dat verbeterpogingen die tot nu toe worden gedaan nog maar in beperkte mate hun vruchten afwerpen. Ik denk dat dat komt doordat we al té lang zijn gesocialiseerd in het huidige schoolsysteem. Wanneer leerlingen al vanaf het begin van de basisschool impliciet meekrijgen dat leren niet leuk hoort te zijn, krijgt een beetje aandacht in de Nederlandse les of een enkel vak binnen een driejarige bachelordit er na al die jaren niet zo makkelijk meer uit. Voor een universiteitssysteem wat de intrinsieke motivatie van studenten aanwakkert, moeten we misschien dus al vanaf de kleuterklas anders naar onderwijs gaan kijken. Misschien zouden we kinderen meer vrij kunnen laten om te kiezen wat ze willen leren, en misschien zouden we dan kunnen ophouden met het ophemelen van de academische scholing (maar daarover schreef ik vorige themaweek al uitgebreid :)). Misschien dat studenten dan het plezier in school zouden kunnen terugvinden, en zouden ze eindelijk kunnen gaan bloeien. 

Bronnen

Johannes Visser in De correspondent: https://decorrespondent.nl/14112/hoe-cijfers-de-motivatie-van-leerlingen-om-zeep-helpen/cfb3a456-688d-0aab-1423-988973023733

Richard M. Ryan en Edward L. Deci, ‘Self-Determination Theory: Basic Psychological Needs in Motivation, Development, and Wellness’, Guilford Publications (2018). 

ScienceGuide: https://www.scienceguide.nl/2023/02/stress-onder-studenten-gevolg-van-internationale-onderwijsmarkt/

About Post Author

Vera Appelo

Zoals het een echt KLASsepost-lid betaamd, houdt Vera van schrijven en van het lezen van de schrijfsels van anderen: haar boekenkast staat vol met prachtige boeken, waarvan op de één of andere manier toch altijd de helft ongelezen blijft. Ze schrijft het liefst over de maatschappij en alles wat daarin fout, of misschien soms juist ook heel goed gaat. Verder heeft ze een achtergrond in de kunsten, waarvan misschien soms ook wel eens een flard op deze site zal belanden.
Happy
Happy
0 %
Sad
Sad
0 %
Excited
Excited
0 %
Sleepy
Sleepy
0 %
Angry
Angry
100 %
Surprise
Surprise
0 %

Average Rating

5 Star
0%
4 Star
0%
3 Star
0%
2 Star
0%
1 Star
0%

Geef een reactie

Previous post Bloeien zonder voedingsbodem
Next post Florerende gedichtjes
Gastschrijver worden?

KLASsepost is altijd op zoek naar gastschrijvers die hun persoonlijke, maatschappelijke, ideologische of grappige verhalen met het LAS-publiek willen delen. Dus heb jij nog een tekst, gedicht, fotoserie of shortfilm liggen die je eindelijk durft te delen? Of begint de inspiratie te borrelen om nieuwe dingen te gaan creeëren? Meld je dan nu aan als gastschrijver!