Read Time:4 Minute, 53 Second

In haar mooie tekst deelt Marguerite met ons haar gedachten. Gedachten over bloeien, over lente, ontwikkeling en geluk. En voor degenen die deze gedachten tot aan het eind blijven volgen, staat er misschien nog wel een poëtische beloning te wachten. Veel leesplezier 🙂

Ut semper sit in flore – Opdat jij altijd mag blijven bloeien

Groeien lijkt iets te zijn wat je je hele leven moet doen. Ik denk zelf dat we daar iets genuanceerder over mogen zijn. Als we het zo stellen, lijkt het namelijk haast alsof er een constant stijgende lijn in je leven moet zitten. Alsof je als baby 0% van je potentieel hebt bereikt om vervolgens op je sterfbed te pieken. Zoals iedereen wel weet is het leven iets anders dan dat en komen goede en slechte tijden met vlagen. Beide horen erbij, het leven moet contrasteren; zonder verdriet valt er immers weinig om blij over te zijn. 

Wel denk ik dat constante verandering heel goed kan zijn voor een mensenleven. Als je blij bent, dan houd je dat graag zo, maar dat ene blije gevoel zal niet voor altijd blijven. Ten eerste, omdat je omgeving, of wat je dan ook blij maakt, altijd zal veranderen. Ten tweede, omdat dingen gaan vervelen. Als je verhuist naar je droomhuis, dan zal dit na een tijdje wennen. Een teveel aan gewenning verveelt. Ik denk dus dat constante ontwikkelingen essentieel zijn voor een gelukkig leven.

Een tekort aan ontwikkelingen zie ik vaak om me heen. Vrienden die vastzitten in een relatie (of situationship, we all know the feeling), maar het door gehechtheid, comfort en liefde niet willen veranderen. Het knagende gevoel van ‘iets zit niet goed’, kan lang met je mee blijven gaan. Durf je daar dan in te porren, of wil je het risico niet nemen? Het advies hieruit is natuurlijk niet dat je het om de zoveel jaar moet uitmaken met je partner (tenzij je lifestyle-coach anders zegt uiteraard), maar wel dat je altijd alert moet blijven voor jezelf en je eigen geluk. Doe ik nog wel wat ik wil, op de manier die ik fijn vind? 

Ik denk dat ik nu eigenlijk een heel andere identiteitscrisis aan het aansnijden ben, maar nu ik er toch over schrijf, kan ik net zo goed doorgaan. Wanneer weet je of je gelukkig bent en doet wat je wilt? Het antwoord daarop lijkt bij elke bron anders te zijn en dat zegt denk ik ook al veel: gelukkig zijn is vaag. Soms voel je een actief gevoel van geluk, iets met hormonen en zo. Soms leef je gewoon je leven en kan je daar geen duidelijk oordeel over vellen. Een neutraal gevoel over je dagen is denk ik ergens ook juist een teken van gelukkig zijn. Je hebt goede dagen en je hebt slechte dagen. Je lacht en soms huil je of staar je in het banale voor je uit. Als je de ruimte neemt om al die verschillende emoties, gebeurtenissen en gedachten de vrije loop te laten en je er geen waardeoordeel aan vast plakt, kan er weinig mis gaan. Mits je natuurlijk wel voor jezelf blijft zorgen. 

Wat dit allemaal te maken heeft met bloeien? Ik weet het niet zo goed. Ik vind bloeien zo iets prachtigs en het is zeker iets wat mensen soms doen, maar het is niet iets wat we continu kunnen doen. Net zoals een jaar vier seizoenen heeft met vier verschillende uitingen daarvan, heeft een mens ook variatie nodig. Soms wil ik heel veel sociaal contact en soms sluit ik me graag op in mijn kamer. Altijd blijf ik reflecteren op het leven en kan ik na een bepaalde periode terugkijken op mijn geleden gevoelens en gedrag. Het einde van de periode is daarvoor cruciaal: zonder contrast is er geen herkenning.

In een mensenleven is ontwikkeling dus elementair. Je moet je aanpassen aan je huidige behoeftes en kan niet altijd ergens aan vast blijven houden, hoe mooi het ook ooit voor je was. Dat ene leuke broekje van toen ik 14 was, moet ik dan misschien ook maar eens wegdoen. Een lichaam verandert net als de ziel een mensenleven lang. Ik vind het momenteel heel erg leuk om te dichten, te sporten en te koken. Ik hoop dat die interesses blijven, maar voor nu kan ik daar natuurlijk niets over zeggen. Misschien heb ik ‘ontwikkelingen’ over 10 jaar zó omarmd, dat ik fulltime vogelaar ben. Wie weet wat de toekomst ons allemaal gaat brengen.

Om dan toch mijn liefde aan het woord ‘bloeien’ te verklaren, een korte ode. Het is onvermijdelijk gekoppeld aan de lente en wat is de lente mooi. Vanochtend zwom ik met een lieve vriendin in het ijskoude lente-water. Mijn tenen vroren eraf en werden omringd door vieze smurrie op de bodem. De zon scheen en mijn wangen voelden warm. Toen we het water uit klommen, droogden we op in de koude zon en kletsten we. De warmte bloeide als het ware in ons op. Toen ik weg moest haasten voor mijn college, eindigden we onze ochtend samen met de poëtische gedachte: ik wou dat ik maart was. Duidelijk voer voor een gedicht.

Ik wou dat ik maart was

Het begin van de lente

Zo jeugdig en blij

Ik wou dat ik maart was

Was jij maar van mij

Maar ieder weet meegaand

Maart roert zijn staart

Misschien moet ik door naar de volgende maand

Dan schijnt de zon pas echt

Zie ik een lammetje en een lenteroos

Wens ik, was ik maar april

Een liefde, zo pril

Maar april doet wat ‘ie wil, of zoiets

En ik weet niet wat dat is

Dan op zoek naar ander favoriets

Was ik maar mei

Zij klinkt zo vrolijk, zo blij

Haast zomers, maar met de nieuwheid van eerst

Lief, bloemerig en ook nog beheerst

Ik denk dat ik dan maar mei moet zijn

Mij zijn

Mandarijn

Zonneschijn 


        
Happy
Happy
0 %
Sad
Sad
0 %
Excited
Excited
0 %
Sleepy
Sleepy
0 %
Angry
Angry
0 %
Surprise
Surprise
0 %

Average Rating

5 Star
0%
4 Star
0%
3 Star
0%
2 Star
0%
1 Star
0%

Geef een reactie

Previous post Zonnebloemen op het graf
Next post Collagegedicht uit Wolkers
Gastschrijver worden?

KLASsepost is altijd op zoek naar gastschrijvers die hun persoonlijke, maatschappelijke, ideologische of grappige verhalen met het LAS-publiek willen delen. Dus heb jij nog een tekst, gedicht, fotoserie of shortfilm liggen die je eindelijk durft te delen? Of begint de inspiratie te borrelen om nieuwe dingen te gaan creeëren? Meld je dan nu aan als gastschrijver!